Tekstboekje (pdf) Bezinningsmomenten Stille Week 25 maart tot en met 28 maart 2024

 

Liefde tot het uiterste

 


Bezinningsmomenten Stille Week
25 maart tot en met 28 maart 2024
19.15 uur in de Nieuwe Kerk
Brede Englaan 28

Hervormde gemeenten
Meentkerk, Zenderkerk, Nieuwe Kerk, Oude Kerk en De Brug
Christelijke Gereformeerde Kerk
Gereformeerde Kerk Bussum-Huizen
De Nieuwe Gemeente
Protestantse Gemeente Huizen “De Duif”
Kruiskerk

Woorden bij de symbolische schikking in de Stille Week

Maandag
Jezus zegt: Toon Mijn liefde, aan de ander, dien de ander, zo heb Ik ook jou liefgehad.
Heb elkaar lief, wat er ook gebeurt, dien de ander, zo heb Ik ook jou liefgehad.
Dinsdag
De groene cirkel verbeeldt de liefde van Christus. Wij mogen daarin delen. We hebben
de opdracht om elkaar lief te hebben; hiernaar verwijzen de rode bloemen. De dorre
takken vertellen dat we ook onze vijanden lief moeten hebben.
Woensdag
Twee rode rozen verbeelden de liefde tussen de Vader en de Zoon. Deze liefde straalt
uit naar de mensen. De witte bloemen op de aarde in de cirkel van liefde: dat zijn wij.
Donderdag
De purperen mantel is bedoeld als spot maar toont ook de koninklijke waardigheid en
macht van Jezus. Het wijst vooruit naar zijn overwinning. Zijn kruisdood ontdoet de
dood van haar macht.
De krans met witte bloemen: het wordt Pasen en de graftuin bloeit en is vol leven.
Loop gerust na afloop langs het podium om de schikking beter te bekijken
Het logo op het voorblad is de Lutherroos

In een brief van 8 juli 1530 aan Justus Jonas beschreef Luther zijn zegel:
“Het eerste zal een kruis zijn – zwart – in een hart, dat zijn natuurlijke kleur heeft. Omdat
men zo van het hart gelooft, dat het gerechtvaardigd wordt.
Zo’n hart zal midden in een witte roos staan, teken, dat het geloof vreugde, troost en
vrede geeft. Daarom zal de roos wit en niet rood zijn; de witte kleur is van de Geest en
van alle engelen de kleur. Zo’n roos staat in een hemelsblauw veld, omdat zulke
vreugde in Geest en geloof het begin is van de toekomstige hemelse vreugde. En om
zo’n veld een gouden ring, omdat zo’n zaligheid in de hemel eeuwig is en geen einde
kent en kostbaarder is, dan alle vreugde en goederen, zoals goud de edelste en
kostbaarste erts is.”

Inleiding
De liturgie van de bezinningsmomenten in de Stille Week is dit keer gebaseerd op het
Johannes evangelie.
De Schriftlezingen bevatten een beschouwend en een verhalend gedeelte.
In het Johannes evangelie staat de persoon van Jezus centraal en de band die Hij
heeft met Zijn Vader. Vele diepgaande gesprekken van Jezus worden in dit evangelie
uitvoerig beschreven.
Johannes heeft dit geschreven ‘opdat gij gelooft dat Jezus is de Christus, de Zoon van
God en opdat gij gelovende het leven hebt in Zijn naam’. (Joh.20: 31)
De chronologie van het Johannes evangelie verschilt van de overige evangeliën,
waarin de prediking van het Koninkrijk van God een belangrijk gegeven is.
Het thema van het Johannes evangelie is de liefde van God tot mensen en omgekeerd
de opwekking tot wederliefde tot God en liefde tot elkaar.
In de dagthema’s komen deze verschillende aspecten van de liefde aan de orde.
Maandag: Dienende liefde
Dinsdag: Liefde tot elkaar
Woensdag: Liefde tussen Vader en Zoon
Donderdag: Troostende liefde
In deze liturgie richten we iedere dag onze aandacht op een fragment van gesprekken
die Jezus met zijn discipelen heeft gehad rondom het avondmaal (pesachmaal).
Een herinnering aan de woorden van Jezus in het perspectief van het lijden van Jezus
in zijn laatste uren.
Zijn gebeden tonen ons de bijzondere band met Zijn Vader en zijn lijdensopdracht.
De structuur van de liturgie
Een aanvangstekst, waarin het weekthema teruggevonden wordt.
Op maandag hebben de 1ste lezing1) en de 2
de lezing betrekking op het dagthema en
verhaalt de 3de lezing de lijdensweg van Jezus in het Johannesevangelie.
Op de overige dagen heeft de 1ste lezing betrekking op het dagthema en verhalen de
2de en 3de lezing de lijdensweg van Jezus in het Johannesevangelie.
De uitgeleide tekst is gekozen uit Johannes 17, het Hogepriesterlijk gebed.
1) De teksten zijn gekozen uit de vertalingen in gebruik bij de deelnemende kerken.
HSV = Herziene Statenvertaling 2010
NBV21 = Nieuwe Bijbelvertaling 2021

 

Inhoudelijke en programmatische reacties zijn welkom bij de ambtelijk secretaris van
de commissie Stille Week, p/a H. Derksen, hans@derksenmail.nl

TOELICHTING LITURGIE

STILTE In stilte komen we de kerk binnen

BEMOEDIGING Onze hulp is in de naam van de HERE,
Die hemel en aarde gemaakt heeft,
Die trouw houdt tot in eeuwigheid,
en niet loslaat de werken van zijn handen.
GROET (tekst uit 1 Korinthe 1: 3)
Genade en vrede zij u van God onze Vader en van de Here Jezus Christus.

AANVANGSTEKST
Johannes 13: 1: Het was kort voor het pesachfeest. Jezus wist dat zijn tijd gekomen
was en dat Hij uit de wereld terug zou keren naar de Vader. Hij had de mensen die
Hem in de wereld toebehoorden lief, en zijn liefde voor hen zou tot het uiterste gaan.

HET AANVANGSLIED
LvdK 481: 1 en 2

STILTEMOMENTEN
Ter overdenking worden de Schriftlezingen afgesloten met een ogenblik van stilte.

LIEDEREN
De liederen zijn gekozen uit de bundels:
LvdK: Het Liedboek voor de Kerken
NLB: Het Nieuwe Liedboek
Psalmen: (NB) is de berijming van 1973 opgenomen in het Liedboek voor de Kerken
Opw.: bundel Opwekking

GEBED
Wordt uitgesproken door de liturg en besloten door met elkaar het Onze Vader te
bidden.

SLOTLIED
LvdK 481: 3 en 4

UITGELEIDE TEKST
Johannes 17: 9-11 Ik bid voor hen. Ik bid niet voor de wereld, maar voor hen die U Mij
gegeven hebt, want zij zijn van U. En al wat van Mij is, is van U, en wat van U is, is van
Mij; en Ik ben in hen verheerlijkt. En Ik ben niet meer in de wereld, maar dezen zijn in
de wereld, en Ik kom naar U toe. Heilige Vader, bewaar hen die U Mij gegeven hebt in
Uw Naam, opdat zij één zullen zijn zoals Wij.
Na een stiltemoment verlaten we, op aanwijzing, in stilte de kerk.
Het meeluisteren of terugluisteren van de liturgie vanuit de Nieuwe Kerk in Huizen is
mogelijk in de live uitzending of achteraf op datum via https://kerkdienstgemist.nl/
Graag het tekstboekje in de kerk achterlaten. Donderdagavond mag u het meenemen.

Maandag 25 maart 2024

Dienende liefde
We komen in stilte de kerk binnen
Inleidend orgelspel
BEMOEDIGING Onze hulp is in de naam van de HERE,
Die hemel en aarde gemaakt heeft,
Die trouw houdt tot in eeuwigheid,
en niet loslaat de werken van zijn handen.
GROET (tekst uit 1 Korinthe 1: 3)
Genade en vrede zij u van God onze Vader en van de Here Jezus Christus.
Aanvangstekst: Johannes 13: 1 (NBV21)
Het was kort voor het pesachfeest. Jezus wist dat zijn tijd gekomen was en dat Hij uit
de wereld terug zou keren naar de Vader. Hij had de mensen die Hem in de wereld
toebehoorden lief, en zijn liefde voor hen zou tot het uiterste gaan.
Aanvangslied: LvdK 481: 1 en 2

 

2. Maak ons volbrengers van dat woord,
getuigen van uw vrede,
dan gaat wie aarzelt met ons voort,
wie afdwaalt met ons mede.
Laat ons getrouw de weg begaan
tot allen die ons verre staan
en laat ons zonder vrezen
de minste willen wezen.
dien elkaar naar het voorbeeld van Jezus

Johannes 13: 1-19 (NBV21)
Het was kort voor het pesachfeest. Jezus wist dat zijn tijd gekomen was en dat Hij uit
de wereld terug zou keren naar de Vader. Hij had de mensen die Hem in de wereld
toebehoorden lief, en zijn liefde voor hen zou tot het uiterste gaan.
Jezus en zijn leerlingen hielden een maaltijd. De duivel had intussen Judas, de zoon
van Simon Iskariot, ertoe aangezet om Jezus uit te leveren.
Jezus, die wist dat de Vader Hem alle macht had gegeven en dat Hij van God was
gekomen en weer naar God terug zou gaan, stond tijdens de maaltijd op. Hij legde zijn
bovenkleed af, sloeg een linnen doek om en goot water in een waskom. Hij begon de
voeten van zijn leerlingen te wassen, en droogde ze af met de doek die Hij
omgeslagen had.
Toen Hij bij Simon Petrus kwam, zei deze: ‘U wilt toch niet mijn voeten wassen, Heer?’
Jezus antwoordde: ‘Wat Ik doe, begrijp je nu nog niet, maar later zul je het wel
begrijpen.’
‘O nee,’ zei Petrus, ‘míjn voeten zult U niet wassen, nooit!’ Jezus zei: ‘Als Ik ze niet
mag wassen, kun je niet bij Mij horen.’
‘Dan niet alleen mijn voeten, Heer,’ antwoordde Simon Petrus, ‘maar ook mijn handen
en mijn hoofd!’
Hierop zei Jezus: ‘Wie gebaad heeft hoeft alleen nog zijn voeten te wassen, hij is al
helemaal rein. Jullie zijn dus rein – maar niet allemaal.’
Hij wist namelijk wie Hem zou uitleveren, daarom zei Hij dat ze niet allemaal rein
waren.
Toen Hij hun voeten gewassen had, deed Hij zijn bovenkleed aan en ging weer naar
zijn plaats. ‘Begrijpen jullie wat Ik gedaan heb?’ vroeg Hij.
‘Jullie zeggen altijd “meester” en “Heer” tegen Mij, en terecht, want dat ben Ik ook.
Als Ik, jullie Heer en jullie meester, je voeten gewassen heb, moet je ook elkaars
voeten wassen.
Ik heb een voorbeeld gegeven; wat Ik voor jullie heb gedaan, moeten jullie ook doen.
Werkelijk, Ik verzeker jullie, een slaaf is niet meer dan zijn meester, en een afgezant
niet meer dan wie hem zendt.
Je zult gelukkig zijn als je dit niet alleen begrijpt, maar er ook naar handelt.
Ik doel niet op jullie allemaal. Ik weet wie Ik heb uitgekozen, maar wat in de Schrift
staat moet in vervulling gaan: “Hij die at van mijn brood heeft zich tegen Mij gekeerd.”
Ik zeg het jullie nu al, voor het gaat gebeuren; wanneer het dan gebeurt, zullen jullie
geloven dat Ik het ben.
Stilte

Zingen: NLB 569: 1, 2, 3 en 4


2. Hij gaf ons zwijgende een teken
en kwam ons voet voor voet nabij,
Hij deed het water van zich spreken,
het stort zich uit en reinigt mij.
3. Zo is de Heer een knecht geworden
en tot de bodem toe gegaan
om ons met ootmoed te omgorden
Hij doet ons zijn geringheid aan.
4. Heer van mijn hart, U bent gekomen
de nacht door naar uw grote dag,
ik heb in eenvoud aangenomen
dat ik U daarin volgen mag.
Heb elkaar lief!

Johannes 13: 31-35 (NBV21)
Toen Judas weg was zei Jezus: ‘Nu is de grootheid van de Mensenzoon zichtbaar
geworden, en door Hem de grootheid van God.
Als Gods grootheid door Hem zichtbaar geworden is, zal God Hem ook in die grootheid
laten delen, nu onmiddellijk.
Kinderen, Ik blijf nog maar een korte tijd bij jullie. Jullie zullen Me zoeken, maar wat Ik
tegen de Joden gezegd heb, zeg Ik nu ook tegen jullie: “Waar Ik heen ga, daar kunnen
jullie niet komen.”
Ik geef jullie een nieuw gebod: heb elkaar lief. Zoals Ik jullie heb liefgehad, zo moeten
jullie elkaar liefhebben.
Aan jullie liefde voor elkaar zal iedereen zien dat jullie mijn leerlingen zijn.’
Stilte
Zingen: Psalm 118: 1 en 10 (NB)
1.
Laat ieder ’s Heeren goedheid prijzen,
zijn liefde duurt in eeuwigheid.
Laat, Israël, uw lofzang rijzen;
Zijn liefde duurt in eeuwigheid.
Dit zij het lied der priesterkoren;
Zijn liefde duurt in eeuwigheid.
Gij, die den Heer vreest, laat het horen;
Zijn liefde duurt in eeuwigheid.
10.
De Heer is God, zijn gunst verheugde
ons oog en hart met vrolijk licht.
Nu worde ’t offer onzer vreugde
op zijn altaren aangericht.
Gij zijt mijn God, U zal ik prijzen,
o God, U roemen wijd en zijd.
Laat aller lof ten hemel rijzen;
Gods liefde duurt in eeuwigheid.

‘Ik ben het’
Johannes 18: 1-6 (NBV21)
Nadat Jezus dit alles gezegd had, ging Hij met zijn leerlingen naar de overkant van de
Kidron. Daar liep Hij een tuin in, met zijn leerlingen.
Judas, die Hem zou uitleveren, kende deze plek ook, want Jezus was er vaak met zijn
leerlingen samengekomen.
Judas ging ernaartoe, samen met de cohort soldaten en een aantal dienaren van de
hogepriesters en de farizeeën. Ze waren gewapend en droegen fakkels en lantaarns.
Jezus wist precies wat er met Hem zou gebeuren. Hij liep naar hen toe en vroeg: ‘Wie
zoeken jullie?’
Ze antwoordden: ‘Jezus van Nazaret.’ ‘Ik ben het,’ zei Jezus, terwijl Judas, die Hem
kwam uitleveren, erbij stond.
Toen Hij zei: ‘Ik ben het,’ deinsden ze achteruit en vielen op de grond.
Stilte
Zingen:
Opw. 268: 1, 2 en 3

2. En in de tuin van de pijn
verkoos Hij als een lam te zijn,
verscheurd door angst en verdriet,
maar toch zei Hij: “Uw wil geschied”.
(refrein)
3. Zie je de wonden zo diep?
De hand die aard’ en hemel schiep,
vergaf de hand die Hem sloeg.
De man, die onze zonden droeg.
(refrein)

Gebed (afsluitend met gezamenlijk Onze Vader)

Uitgeleide tekst: Johannes 17: 9–11 (HSV)
Ik bid voor hen. Ik bid niet voor de wereld, maar voor hen die U Mij gegeven hebt, want
zij zijn van U. En al wat van Mij is, is van U, en wat van U is, is van Mij; en Ik ben in
hen verheerlijkt. En Ik ben niet meer in de wereld, maar dezen zijn in de wereld, en Ik
kom naar U toe. Heilige Vader, bewaar hen die U Mij gegeven hebt in Uw Naam, opdat
zij één zullen zijn zoals Wij.

Slotlied (staande) LvdK 481: 3 en 4
3. Leer ons het goddelijk beleid
der liefde te beamen,
opdat wij niet door onze strijd
uw goede trouw beschamen.
Leg ons de woorden in de mond
die weer herstellen uw verbond.
Spreek zelf door onze daden
van vrede en genade.
4. Wij danken U, o liefde groot,
dat Christus is gekomen.
Wij hebben in zijn stervensnood
uw diepste woord vernomen.
Nog klinkt dat woord; het spreekt met macht
en het wordt overal volbracht
waar liefde wordt gegeven,
wij uit uw liefde leven.
(we gaan zitten)
Stilte
We verlaten op aanwijzing in stilte de kerk

Dinsdag 26 maart 2024

Liefde tot elkaarWe komen in stilte de kerk binnen

Inleidend orgelspel
BEMOEDIGING Onze hulp is in de naam van de HERE,
Die hemel en aarde gemaakt heeft,
Die trouw houdt tot in eeuwigheid,
en niet loslaat de werken van zijn handen.

GROET (tekst uit 1 Korinthe 1: 3)
Genade en vrede zij u van God onze Vader en van de Here Jezus Christus.

Aanvangstekst: Johannes 13: 1 (NBV21)
Het was kort voor het pesachfeest. Jezus wist dat zijn tijd gekomen was en dat Hij uit
de wereld terug zou keren naar de Vader. Hij had de mensen die Hem in de wereld
toebehoorden lief, en zijn liefde voor hen zou tot het uiterste gaan.
Aanvangslied: LvdK 481: 1 en 2

 

2. Maak ons volbrengers van dat woord,
getuigen van uw vrede,
dan gaat wie aarzelt met ons voort,
wie afdwaalt met ons mede.
Laat ons getrouw de weg begaan
tot allen die ons verre staan
en laat ons zonder vrezen
de minste willen wezen.
Dit gebied Ik u: dat u elkaar liefhebt

Johannes 15: 9-17 (HSV)
Zoals de Vader Mij liefgehad heeft, heb ook Ik u liefgehad; blijf in Mijn liefde.
Als u Mijn geboden in acht neemt, zult u in Mijn liefde blijven, zoals Ik de geboden van
Mijn Vader in acht genomen heb en in Zijn liefde blijf.
Deze dingen heb Ik tot u gesproken, opdat Mijn blijdschap in u zal blijven en uw
blijdschap volkomen zal worden.
Dit is Mijn gebod: dat u elkaar liefhebt, zoals Ik u liefgehad heb.
Niemand heeft een grotere liefde dan deze, namelijk dat iemand zijn leven geeft voor
zijn vrienden.
U bent Mijn vrienden, als u doet wat Ik u gebied.
Ik noem u niet meer dienaren, want een dienaar weet niet wat zijn heer doet, maar Ik
heb u vrienden genoemd, omdat Ik u alles wat Ik van Mijn Vader gehoord heb,
bekendgemaakt heb.
Niet u hebt Mij uitverkoren, maar Ik heb u uitverkoren, en Ik heb u ertoe bestemd dat u
zou heengaan en vrucht dragen, en dat uw vrucht zou blijven, opdat wat u ook maar
van de Vader vraagt in Mijn Naam, Hij u dat geeft.
Dit gebied Ik u: dat u elkaar liefhebt.

Stilte


Zingen:
Psalm 65: 2 (NB)
Zalig wie door U uitverkoren
mag wonen in uw hof,
hoezeer hij door zijn schuld verloren
terneerlag in het stof.
Wij worden door U begenadigd
die heilig zijt en goed.
Gij die ons in uw huis verzadigt
met alle overvloed.

Geen van hen die U Mij gegeven hebt, heb Ik verloren laten gaan.

Johannes 18: 4-11 (NBV21)
Jezus wist precies wat er met Hem zou gebeuren. Hij liep naar hen toe en vroeg: ‘Wie
zoeken jullie?’
Ze antwoordden: ‘Jezus van Nazaret.’ ‘Ik ben het,’ zei Jezus, terwijl Judas, die Hem
kwam uitleveren, erbij stond.
Toen Hij zei: ‘Ik ben het,’ deinsden ze achteruit en vielen op de grond.
Weer vroeg Jezus: ‘Wie zoeken jullie?’ en weer zeiden ze: ‘Jezus van Nazaret.’
‘Ik heb jullie al gezegd: “Ik ben het,”’ zei Jezus. ‘Als jullie Mij zoeken, laat deze mensen
dan gaan.’
Zo moest zijn uitspraak in vervulling gaan: ‘Geen van hen die U Mij gegeven hebt, heb
Ik verloren laten gaan.’
Daarop trok Simon Petrus het zwaard dat hij bij zich had, haalde uit naar de knecht van
de hogepriester en sloeg hem zijn rechteroor af; Malchus heette die knecht.
Maar Jezus zei tegen Petrus: ‘Steek je zwaard in de schede. Zou Ik de beker die de
Vader Mij gegeven heeft niet drinken?’

Stilte

 

 

Zingen: LvdK 183: 4 en 5


5. Ik dank U o mijn vrede,
mijn God die met mij gaat
voor wat Gij hebt geleden
aan bitterheid en smaad.
Geef dat ik trouw mag wezen,
want Gij zijt trouw en goed.
Ik volg U zonder vrezen
wanneer ik sterven moet.

Jezus ondervraagd door de hogepriester en een haan kraait

Johannes 18:15-27(NBV21)
Simon Petrus kwam met een andere leerling achter Jezus aan. Deze andere leerling
kende de hogepriester en ging met Jezus het paleis van de hogepriester in, maar
Petrus bleef buiten bij de poort staan. Daarop kwam de andere leerling, de kennis van
de hogepriester, weer naar buiten; hij sprak met de portierster en nam Petrus mee
naar binnen. Het meisje sprak Petrus aan: ‘Ben jij soms ook een leerling van die man?’
‘Nee, ik niet,’ zei hij. De knechten en de gerechtsdienaars stonden zich te warmen bij
een vuur dat ze hadden aangelegd omdat het koud was; ook Petrus ging zich erbij
staan warmen.
De hogepriester ondervroeg Jezus over zijn leerlingen en over zijn leer. Jezus zei: ‘Ik
heb in het openbaar tot de wereld gesproken. Ik heb steeds onderricht gegeven op
plaatsen waar de Joden bij elkaar komen, in synagogen en in de tempel, en nooit heb
Ik iets in het geheim gezegd. Waarom ondervraagt u Mij? Vraag het toch aan de
mensen die Mij gehoord hebben, zij weten wat Ik gezegd heb.’ Toen Jezus dat zei, gaf
een van de dienaren die erbij stonden Hem een klap in het gezicht: ‘Is dat een manier
om de hogepriester te antwoorden?’ Jezus zei: ‘Als Ik iets verkeerds gezegd heb, zeg
dan wat er verkeerd was, maar als het juist is wat Ik heb gezegd, waarom slaat u Me
dan?’ Daarna stuurde Annas Hem geboeid naar Kajafas, de hogepriester.
Simon Petrus stond zich intussen nog steeds te warmen. ‘Ben jij soms ook een leerling
van Hem?’ vroegen ze. ‘Nee,’ ontkende Petrus, ‘ik niet.’ Maar een van de knechten van
de hogepriester, een familielid van de man van wie Petrus het oor had afgeslagen, zei:
‘Maar ik heb toch gezien dat je in die tuin bij Hem was?’ Weer ontkende Petrus, en
meteen kraaide er een haan.

Stilte


Zingen:
Opw. 717
1. Stil mijn ziel wees stil,
en wees niet bang
voor de onzekerheid van morgen.
God omgeeft je steeds
Hij is er bij,
in je beproevingen en zorgen.
God U bent mijn God
en ik vertrouw op U
en zal niet wankelen
Vredevorst vernieuw een
vaste geest binnen in mij
die rust in U alleen
2. Stil mijn ziel wees stil
en dwaal niet af
dwars door het dal zal Hij je leiden
stil, vertrouw op Hem
en hef je schild tegen de pijlen van
verleiding
God U bent mijn God
en ik vertrouw op U
en zal niet wankelen
Vredevorst vernieuw een
vaste geest binnen in mij
die rust in U alleen
3. Stil mijn ziel wees stil
en laat nooit los
de waarheid die je steeds omarmt heeft
wacht, wacht op de Heer
de zwartste nacht
verdwijnt wanneer het daglicht
doorbreekt
God U bent mijn God
en ik vertrouw op U
en zal niet wankelen
Vredevorst vernieuw een
vaste geest binnen in mij
die rust in U alleen
Ik rust in U alleen
In U alleen

Gebed (afsluitend met gezamenlijk Onze Vader)

Uitgeleide tekst: Johannes 17: 9–11 (HSV)
Ik bid voor hen. Ik bid niet voor de wereld, maar voor hen die U Mij gegeven hebt, want
zij zijn van U. En al wat van Mij is, is van U, en wat van U is, is van Mij; en Ik ben in
hen verheerlijkt. En Ik ben niet meer in de wereld, maar dezen zijn in de wereld, en Ik
kom naar U toe. Heilige Vader, bewaar hen die U Mij gegeven hebt in Uw Naam, opdat
zij één zullen zijn zoals Wij.

Slotlied (staande) LvdK 481: 3 en 4
3. Leer ons het goddelijk beleid
der liefde te beamen,
opdat wij niet door onze strijd
uw goede trouw beschamen.
Leg ons de woorden in de mond
die weer herstellen uw verbond.
Spreek zelf door onze daden
van vrede en genade.
4. Wij danken U, o liefde groot,
dat Christus is gekomen.
Wij hebben in zijn stervensnood
uw diepste woord vernomen.
Nog klinkt dat woord; het spreekt met macht
en het wordt overal volbracht
waar liefde wordt gegeven,
wij uit uw liefde leven.
(we gaan zitten)

Stilte
We verlaten op aanwijzing in stilte de kerk

Woensdag 27 maart 2024

Liefde tussen Vader en Zoon

We komen in stilte de kerk binnen

Inleidend orgelspel

BEMOEDIGING Onze hulp is in de naam van de HERE,
Die hemel en aarde gemaakt heeft,
Die trouw houdt tot in eeuwigheid,
en niet loslaat de werken van zijn handen.

GROET (tekst uit 1 Korinthe 1: 3)
Genade en vrede zij u van God onze Vader en van de Here Jezus Christus.

Aanvangstekst: Johannes 13: 1 (NBV21)
Het was kort voor het pesachfeest. Jezus wist dat zijn tijd gekomen was en dat Hij uit
de wereld terug zou keren naar de Vader. Hij had de mensen die Hem in de wereld
toebehoorden lief, en zijn liefde voor hen zou tot het uiterste gaan.
Aanvangslied: LvdK 481: 1 en 2


2. Maak ons volbrengers van dat woord,
getuigen van uw vrede,
dan gaat wie aarzelt met ons voort,
wie afdwaalt met ons mede.
Laat ons getrouw de weg begaan
tot allen die ons verre staan
en laat ons zonder vrezen
de minste willen wezen.


opdat de liefde waarmee U Mij hebt liefgehad, in hen is

Johannes 17: 1-6 (HSV)
Dit sprak Jezus, en Hij sloeg Zijn ogen op naar de hemel en zei: Vader, het uur is
gekomen, verheerlijk Uw Zoon, opdat ook Uw Zoon U verheerlijkt,
zoals U Hem macht gegeven hebt over alle vlees, opdat Hij eeuwig leven geeft aan
allen die U Hem gegeven hebt.
En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus
Christus, Die U gezonden hebt.
Ik heb U verheerlijkt op de aarde. Ik heb het werk volbracht dat U Mij gegeven hebt om
te doen.
En nu verheerlijk Mij, U Vader, bij Uzelf, met de heerlijkheid die Ik bij U bezat voordat
de wereld er was.
Ik heb Uw Naam geopenbaard aan de mensen die U Mij uit de wereld gegeven hebt.
Zij waren van U en U hebt hen Mij gegeven, en zij hebben Uw woord in acht genomen.

Johannes 17: 20-26 (HSV)
En Ik bid niet alleen voor dezen, maar ook voor hen die door hun woord in Mij zullen
geloven, opdat zij allen één zullen zijn, zoals U, Vader, in Mij, en Ik in U, dat ook zij in
Ons één zullen zijn, opdat de wereld zal geloven dat U Mij gezonden hebt.
En Ik heb hun de heerlijkheid gegeven die U Mij gegeven hebt, opdat zij één zijn, zoals
Wij Eén zijn;
Ik in hen, en U in Mij, opdat zij volmaakt één zijn en opdat de wereld erkent dat U Mij
gezonden hebt en hen liefgehad hebt, zoals U Mij hebt liefgehad.
Vader, Ik wil dat waar Ik ben, ook zij bij Mij zijn die U Mij gegeven hebt, opdat zij Mijn
heerlijkheid zien, die U Mij gegeven hebt, omdat U Mij hebt liefgehad vóór de
grondlegging van de wereld.
Rechtvaardige Vader, de wereld heeft U niet gekend, maar Ik heb U gekend, en dezen
hebben erkend dat U Mij gezonden hebt.
En Ik heb hun Uw Naam bekendgemaakt, en zal die bekendmaken, opdat de liefde
waarmee U Mij hebt liefgehad, in hen is, en Ik in hen.

Stilte
Zingen: Opw. 249
Heer, wat een voorrecht
om in liefde te gaan,
schouder aan schouder
in uw wijngaard te staan,
samen te dienen, te zien wie U bent,
want uw woord maakt uw wegen bekend.

Refrein:
Samen op weg gaan, dat is ons gebed,
als een volk, dat juist daarvoor
door U apart is gezet.
Vol van uw liefde, genade en kracht,
als een lamp, die nog schijnt in de nacht.
Samen te strijden in woord en in werk.
Eén zijn in U, dat alleen maakt ons sterk.
Delen in vreugde, in zorgen, in pijn,
als uw kerk, die waarachtig wil zijn.
Refrein (2x) Jezus voor Pilatus

Johannes 18: 28-32 (NBV21)
Jezus werd van Kajafas naar het pretorium gebracht. Het was nog vroeg in de morgen.
Zelf gingen ze niet naar binnen, anders zouden ze zich verontreinigen en niet aan het
pesachmaal kunnen deelnemen.
Daarom kwam Pilatus naar buiten. ‘Waarvan beschuldigt u deze man?’ vroeg hij.
Ze antwoordden: ‘Als Hij geen misdaden had gepleegd, zouden we Hem niet aan u
uitgeleverd hebben.’
Pilatus zei: ‘Neem Hem dan mee, en veroordeel Hem volgens uw eigen wet.’ Maar de
Joden wierpen tegen: ‘Wij hebben het recht niet om iemand ter dood te brengen.’
Zo moest de uitspraak van Jezus in vervulling gaan waarin Hij aanduidde welke dood
Hij zou sterven.

Stilte
Zingen:
LvdK 181: 1, 2 en 3

2. Gij wordt gegeseld en gekroond met doornen,
geminacht als de minste der verloor’nen,
en als een booswicht, die zijn straf moet dragen,
aan ’t kruis geslagen.
3. Zeg mij, waarom men U aldus gehoond heeft,
U dus, mijn vorst, gescepterd en gekroond heeft!
Om voor mijn schuld verzoening te verwerven,
moest Gij dùs sterven?

Onschuldig schuldig
Johannes 18: 33-40 (NBV21)
Pilatus ging het pretorium weer in. Hij liet Jezus bij zich komen en vroeg Hem: ‘Bent U
de koning van de Joden?’ Jezus antwoordde: ‘Vraagt u dit uit uzelf of hebben anderen
dit over Mij gezegd?’ ‘Ik ben toch geen Jood,’ antwoordde Pilatus. ‘Uw volk en uw
hogepriesters hebben U aan mij uitgeleverd – wat hebt U gedaan?’ Jezus antwoordde:
‘Mijn koningschap hoort niet bij deze wereld. Als mijn koningschap bij deze wereld
hoorde, zouden mijn dienaren wel gevochten hebben om te voorkomen dat Ik aan de
Joden werd uitgeleverd. Maar mijn koninkrijk is niet van hier.’ Pilatus zei: ‘U bent dus
koning?’ ‘U zegt dat Ik koning ben,’ zei Jezus. ‘Ik ben geboren en naar de wereld
gekomen om van de waarheid te getuigen, en ieder die de waarheid is toegedaan,
luistert naar wat Ik zeg.’ Hierop zei Pilatus: ‘Maar wat is waarheid?’
Na deze woorden ging hij weer naar de Joden buiten. ‘Ik heb geen schuld in Hem
gevonden,’ zei hij. ‘Maar het is bij u gebruikelijk dat ik met Pesach iemand vrijlaat – wilt
u dat ik de koning van de Joden vrijlaat?’ Toen begon iedereen te schreeuwen: ‘Hem
niet, maar Barabbas!’ Barabbas was een misdadiger.

Stilte


Zingen:
LvdK 181: 4, 5 en 6
4. Hoe vreemd, dat voor de schapen zijner weide
de herder zelf ter slachtbank zich liet leiden,
de heer zich voor de schulden zijner knechten
aan ’t kruis liet hechten.
5. O wonderbare liefde, die ons denken
te boven gaat, wat kan mijn liefd’ U schenken,
wat ooit bereiken de arbeid mijner dagen,
dat U behage?
6. O liefde, voor dit offer van uw leven,
wat kan ik, dan mijzelf ten offer geven,
opdat ik nooit, hetzij ik leev’ of sterve,
uw liefde derve!

Gebed (afsluitend met gezamenlijk Onze Vader)

Uitgeleide tekst: Johannes 17: 9–11 (HSV)
Ik bid voor hen. Ik bid niet voor de wereld, maar voor hen die U Mij gegeven hebt, want
zij zijn van U. En al wat van Mij is, is van U, en wat van U is, is van Mij; en Ik ben in
hen verheerlijkt. En Ik ben niet meer in de wereld, maar dezen zijn in de wereld, en Ik
kom naar U toe. Heilige Vader, bewaar hen die U Mij gegeven hebt in Uw Naam, opdat
zij één zullen zijn zoals Wij.

Slotlied (staande) LvdK 481: 3 en 4
3. Leer ons het goddelijk beleid
der liefde te beamen,
opdat wij niet door onze strijd
uw goede trouw beschamen.
Leg ons de woorden in de mond
die weer herstellen uw verbond.
Spreek zelf door onze daden
van vrede en genade.
4. Wij danken U, o liefde groot,
dat Christus is gekomen.
Wij hebben in zijn stervensnood
uw diepste woord vernomen.
Nog klinkt dat woord; het spreekt met macht
en het wordt overal volbracht
waar liefde wordt gegeven,
wij uit uw liefde leven.
(we gaan zitten)
Stilte
We verlaten op aanwijzing in stilte de kerk

Donderdag 28 maart 2024

Troostende liefde


We komen in stilte de kerk binnen

Inleidend orgelspel


BEMOEDIGING
Onze hulp is in de naam van de HERE,
Die hemel en aarde gemaakt heeft,
Die trouw houdt tot in eeuwigheid,
en niet loslaat de werken van zijn handen.

GROET (tekst uit 1 Korinthe 1: 3)
Genade en vrede zij u van God onze Vader en van de Here Jezus Christus.
Aanvangstekst: Johannes 13: 1 (NBV21)
Het was kort voor het pesachfeest. Jezus wist dat zijn tijd gekomen was en dat Hij uit
de wereld terug zou keren naar de Vader. Hij had de mensen die Hem in de wereld
toebehoorden lief, en zijn liefde voor hen zou tot het uiterste gaan.

Aanvangslied: LvdK 481: 1 en 2


2. Maak ons volbrengers van dat woord,
getuigen van uw vrede,
dan gaat wie aarzelt met ons voort,
wie afdwaalt met ons mede.
Laat ons getrouw de weg begaan
tot allen die ons verre staan
en laat ons zonder vrezen
de minste willen wezen.

De andere Trooster Die blijft


Johannes 14: 15-21 (HSV)
Als u Mij liefhebt, neem dan Mijn geboden in acht.
En Ik zal de Vader bidden, en Hij zal u een andere Trooster geven, opdat Hij bij u blijft
tot in eeuwigheid,
namelijk de Geest van de waarheid, Die de wereld niet kan ontvangen, want zij ziet
Hem niet en kent Hem niet, maar u kent Hem, want Hij blijft bij u en zal in u zijn.
Ik zal u niet als wezen achterlaten; Ik kom weer naar u toe.
Nog een korte tijd en de wereld zal Mij niet meer zien, maar u zult Mij zien, want Ik leef
en u zult leven.
Op die dag zult u inzien dat Ik in Mijn Vader ben, en u in Mij, en Ik in u.
Wie Mijn geboden heeft en die in acht neemt, die is het die Mij liefheeft, en wie Mij
liefheeft, hem zal Mijn Vader liefhebben; en Ik zal hem liefhebben en Mijzelf aan hem
openbaren.

Johannes 14: 25 en 26 (HSV)
Deze dingen heb Ik tot u gesproken, terwijl Ik bij u verblijf.
Maar de Trooster, de Heilige Geest, Die de Vader zenden zal in Mijn Naam, Die zal u
in alles onderwijzen en u in herinnering brengen alles wat Ik u gezegd heb.

Stilte


Zingen:
Opw. 343
Heilige Geest van God
vul opnieuw mijn hart
Heilige Geest van God,
vul opnieuw mijn hart. 2 x
Vul mij opnieuw,
vul mij opnieuw.
Heilige Geest,
vul opnieuw mijn hart.
kruisig Hem

Johannes 19: 1-9 (HSV)
Toen nam Pilatus dan Jezus en geselde Hem.
En de soldaten vlochten een kroon van dorens en zetten die op Zijn hoofd, en zij
deden Hem een purperen bovenkleed om, en zeiden: Gegroet, Koning van de Joden!
En zij gaven Hem slagen in het gezicht.
Pilatus dan kwam weer naar buiten en zei tegen hen: Zie, ik breng Hem tot u naar
buiten, opdat u weet dat ik geen schuld in Hem vind.
Jezus dan kwam naar buiten met de doornenkroon op en het purperen bovenkleed
aan. En Pilatus zei tegen hen: Zie, de Mens!
Toen dan de overpriesters en de dienaars Hem zagen, schreeuwden zij: Kruisig Hem,
Kruisig Hem! Pilatus zei tegen hen: Neemt u Hem en kruisig Hem, want ik vind in Hem
geen schuld.
De Joden antwoordden hem: Wij hebben een wet en volgens onze wet moet Hij
sterven, want Hij heeft Zichzelf Gods Zoon gemaakt.
Toen Pilatus dan deze woorden hoorde, werd hij nog meer bevreesd,
en hij ging opnieuw het gerechtsgebouw in en zei tegen Jezus: Waar komt U vandaan?
Maar Jezus gaf hem geen antwoord.

Stilte
Zingen:
LvdK 178: 1, 5 en 6

5. Here, om uw bloedig zweet,
als Ge alleen de wijnpers treedt,
om de kelk vol bitter leed,
Kyrie eleison.
6. Om het zwijgen, het geduld,
waarmee Gij de wet vervult,
als men vrucht’loos zoekt naar schuld,
Kyrie eleison.

Zie, uw Koning!

Johannes 19: 10-18 (HSV)

Pilatus dan zei tegen Hem: Spreekt U niet tot mij? Weet U niet dat ik macht heb U te
kruisigen, en macht heb U los te laten?
Jezus antwoordde: U zou geen enkele macht tegen Mij hebben, als het u niet van
boven gegeven was; daarom heeft hij die Mij aan u overgeleverd heeft, een grotere
zonde dan u.
Van toen af probeerde Pilatus Hem los te laten, maar de Joden schreeuwden: Als u
Deze loslaat, bent u niet de vriend van de keizer; iedereen die zichzelf koning maakt,
verzet zich tegen de keizer.
Toen Pilatus dan deze woorden gehoord had, bracht hij Jezus naar buiten en ging op
de rechterstoel zitten, op de plaats die Lithostrotos genoemd wordt, en in het
Hebreeuws Gabbatha.
En het was de voorbereiding van het Pascha, ongeveer het zesde uur; en hij zei tegen
de Joden: Zie, uw Koning!
Maar zij schreeuwden: Weg met Hem, weg met Hem, kruisig Hem! Pilatus zei tegen
hen: Moet ik uw Koning kruisigen? De overpriesters antwoordden: Wij hebben geen
koning dan de keizer.
Toen leverde hij Hem dan aan hen over om gekruisigd te worden. En zij namen Jezus
mee en leidden Hem weg.
En terwijl Hij Zijn kruis droeg, ging Hij de stad uit naar de plaats die Schedelplaats
genoemd wordt en in het Hebreeuws Golgotha.
Daar kruisigden zij Hem en met Hem twee anderen, aan elke kant één, en Jezus in het
midden.

Stilte

Zingen: LvdK 178: 7, 9 en 10
7. Om het woord van godlijk recht
dat Gij tot uw rechters zegt,
— zelf hebt Ge uw geding beslecht, —
Kyrie eleison.
9. Om uw kruis, Heer, bidden wij,
om de speerstoot in uw zij,
ga aan onze schuld voorbij,
Kyrie eleison.
10. Heer, om uw vijf wonden rood,
om uw onverdiende dood,
smeken wij in onze nood,
Kyrie eleison.

Gebed (afsluitend met gezamenlijk Onze Vader)

Uitgeleide tekst: Johannes 17: 9–11 (HSV)
Ik bid voor hen. Ik bid niet voor de wereld, maar voor hen die U Mij gegeven hebt, want
zij zijn van U. En al wat van Mij is, is van U, en wat van U is, is van Mij; en Ik ben in
hen verheerlijkt. En Ik ben niet meer in de wereld, maar dezen zijn in de wereld, en Ik
kom naar U toe. Heilige Vader, bewaar hen die U Mij gegeven hebt in Uw Naam, opdat
zij één zullen zijn zoals Wij.

Zingen (staande) LvdK 481: 3 en 4
3. Leer ons het goddelijk beleid
der liefde te beamen,
opdat wij niet door onze strijd
uw goede trouw beschamen.
Leg ons de woorden in de mond
die weer herstellen uw verbond.
Spreek zelf door onze daden
van vrede en genade.
4. Wij danken U, o liefde groot,
dat Christus is gekomen.
Wij hebben in zijn stervensnood
uw diepste woord vernomen.
Nog klinkt dat woord; het spreekt met macht
en het wordt overal volbracht
waar liefde wordt gegeven,
wij uit uw liefde leven.

(we gaan zitten)

Stilte

We verlaten op aanwijzing in stilte de kerk

Wij nodigen u uit voor de kerkdiensten in Huizen:


Hervormde Gemeente
Goede Vrijdag: aanvang 19.45 uur Meentkerk, Zenderkerk, Oude en Nieuwe Kerk, De Brug

1ste Paasdag: aanvang 9.30 uur Meentkerk, Zenderkerk, Oude en Nieuwe Kerk,

1ste Paasdag: aanvang 10.30 uur: De Brug (In Vituskerk, Hooghuizenweg 36)

1ste Paasdag: aanvang 17.00 uur Meentkerk

1ste Paasdag: aanvang 18.30 uur: Oude Kerk

2de Paasdag: aanvang 9.30 uur: Oude Kerk,
aanvang 10.00 uur: Meentkerk Kinderpaasdienst

 

Christelijke Gereformeerde Kerk
kerkgebouw Bakboord / Gemeenlandslaan
Goede Vrijdag: aanvang 19.30 uur (met en bij de CGK)
1ste Paasdag: aanvang 9.30 uur
aanvang 17.00 uur (met en bij de GK)

 

Protestantse Gemeente Huizen “De Duif”
Huizermaatweg 298
Witte Donderdag: aanvang 19.30 uur
Goede Vrijdag: aanvang 19.30 uur
Stille Zaterdag: aanvang 21.00 uur
1ste Paasdag: aanvang 10.00 uur

 

Kruiskerk
Jac. van Wassenaerstraat 1
Goede Vrijdag: aanvang 19.30 uur
1ste Paasdag: aanvang 10.00 uur

 


Gereformeerde Kerk Bussum-Huizen
Kerkgebouw Ichthuskerk, Kortenaerstraat 5
Goede Vrijdag: aanvang 19.30 uur (met en bij de CGK)
1ste Paasdag: aanvang 9.30 uur
aanvang 17.00 uur (met en bij de GK)

 

De Nieuwe Gemeente
Kerkgebouw De Plecht, Plecht 1
Goede Vrijdag: aanvang 19.30 uur
1ste Paasdag: aanvang 10.00 uur