LITURGIE

CGK Huizen, 9 maart 2025, 9.30 uur

 

welkom en mededelingen

 

zingen                                                   Uit aller mond 99

  1. Wij zingen, Vader, U ter eer,

van Christus Jezus, onze Heer.

Hij werd een dienstknecht, arm als wij:

dat zijn gezindheid in ons zij.

 

  1. Hij heeft wat Hij bij U bezat

niet boven alles liefgehad,

maar zich van majesteit ontdaan:

Hij deed het kleed van slaven aan.

 

  1. Hij werd een mens, in needrigheid,

en, levend uit gehoorzaamheid,

heeft Hij zich aan U toevertrouwd:

tot in de hof, tot aan het hout.

 

  1. Daarom heeft God zijn knecht die leed

met alle macht en eer bekleed:

zijn hoge naam, die Here luidt,

gaat boven alle namen uit.

 

  1. Dat God zijn offer heeft aanvaard

wordt in het einde openbaar,

als elke tong van Hem getuigt

en elke knie voor Hem zich buigt,

 

  1. als alle vlees de Vader roemt

en Jezus Christus Here noemt.

Leer ons de weg die Christus ging:

de weg van zelfverloochening.

 

stil gebed, votum en groet

 

zingen                                Psalm 33 : 1 en 7 OB en 8 NB

  1. Zingt vrolijk, heft de stem naar boven,

rechtvaardigen, verheft de Heer.

Het past oprechten God te loven,

zingt zijne grote naam ter eer.

Prijst Hem in uw psalmen

met de schoonste galmen,

roept zijn weldaân uit.

Laat de keel zich paren

met de klank der snaren,

looft Hem met de luit.

 

  1. De grote Schepper aller dingen

ziet uit het ongenaakbaar licht

het gans gedrag der stervelingen:

niets is bedekt voor zijn gezicht.

Uit zijn vaste woning,

daar Hij heerst als Koning,

daar zijn lof, zijn eer,

klinkt door al de bogen,

zien zijn godd’lijk’ ogen

op al ’t mensdom neer.

 

  1. Wij wachten stil op Gods ontferming,

ons hart heeft zich in Hem verheugd.

Hij komt te hulp en geeft bescherming,

zijn heil’ge naam is onze vreugd.

Laat te allen tijde

uwe liefd’ ons leiden,

uw barmhartigheid.

God, op wien wij wachten,

geef ons moed en krachten

nu en voor altijd.

 

Gods aanwijzing voor ons leven

 

zingen                                              Psalm 25 : 3 en 6 OB

  1. Denk aan ’t vaderlijk meêdogen,

Heer, waarop ik biddend pleit:

milde handen, vriend’lijk’ ogen

zijn bij U van eeuwigheid,

Sla de zonden nimmer gâ,

die mijn jonkheid heeft bedreven;

denk aan mij toch in genâ,

om uw goedheid eer te geven.

 

  1. Wie heeft lust de Heer te vrezen,

’t allerhoogst en eeuwig goed?

God zal zelf zijn leidsman wezen,

leren, hoe hij wand’len moet.

’t Goed dat nimmermeer vergaat

zal hij ongestoord verwerven

en zijn godgeheiligd zaad

zal ’t gezegend aard’rijk erven.

 

gebed

 

zingen                                                   Uit aller mond 63

  1. Wie heeft wat ons verkondigd werd geloofd

en wie doorzag Gods hand’len van omhoog?

Hij was een loot, die opschoot voor zijn oog

uit dorre aarde,

want wij, verblind, wij zagen niets van waarde,

geen grootsheid, pracht die wij begeren konden,

aan Hem was niets dat wij aantrekk’lijk vonden:

Hij was veracht.

 

  1. De minste mens, die ieder tegenstaat,

een Man van Smarten door elkeen versmaad,

met leed beladen, van wie elk ’t gelaat

leek af te wenden.

Wij deden ook alsof wij Hem niet kenden,

wij meenden vast dat God Hem had geslagen

en om zijn zonden Hem zijn straf liet dragen,

zijn zware last.

 

schriftlezing                                        Johannes 10,22-39

 

 

kindermoment

 

zingen                 Evangelisch Liedbundel refrein 1 en 2

Weet je dat de Vader je kent?
Weet je dat je van waarde bent?
Weet je dat je een parel bent,
een parel in Gods hand,
een parel in Gods hand.

 

Ik weet dat de Vader me kent.
Ik weet dat ik van waarde ben.
Ik weet dat ik een parel ben,
een parel in Gods hand,
een parel in Gods hand.

 

verkondiging

 

zingen                                                       Psalm 18 : 9 NB

Alleen Gods weg kan tot het doel geleiden,
zijn woord is waar en zuiver t’ allen tijde.
Hij is een schild, een schuilplaats in de strijd,
voor al wie bij hem zoekt naar veiligheid.
Want wie is God, dan deze onze Here?
Wie is de rots die alles kan trotseren?
Alleen die God die mij met kracht omgordt,
bij wie mijn levenspad een heilsweg wordt.

 

gebeden

 

collecten (kerk, kerkelijke kassen)

 

zingen                                                    Gezang 259 LB73

  1. Halleluja! Lof zij het Lam,

die onze zonden op zich nam,

wiens bloed ons heeft geheiligd;

die dood geweest is, en Hij leeft;

die ’t volk, dat Hij ontzondigd heeft,

in eeuwigheid beveiligt!

 

  1. Aanbidt de Vader in het woord!

Aanbidt de Zoon, aan ’t kruis doorboord!

Aanbidt de Geest uit beiden!

Van zijn gemeenschap, zijn gena,

zijn liefd’ en trouw, halleluja,

zal ons geen schepsel scheiden.

 

zegen

 

 

LITURGIE

Bussum-Huizen (NGK/CGK)

9 maart 2025 17:00 uur

 

voorganger:  ds. P. Boonstra

 

Welkom en mededelingen

 

Votum en zegengroet

 

zingen              NGK   Psalm 63: 2 en 3.

  1. Uw liefde is het hoogste goed

dat U, o God, mij hebt gegeven,

uw trouw is beter dan het leven,

U bent het die mij juichen doet.

Ik wil U prijzen al mijn dagen,

waartoe uw goedheid mij bewoog,

mijn handen hef ik naar omhoog,

om heel mijn hart U op te dragen.

 

  1. Dit is de spijze die mij voedt,

dat ik U prijs in stille nachten

en overleg in mijn gedachten,

hoe U mij altijd hebt behoed.

U wilt mij met uw vleugels dekken.

Dan juicht mijn ziel, uw naam ter eer,

zij hangt geheel U aan, o Heer.

Geen mens kan uit uw hand mij trekken.

 

Gebed

 

Lezen: 1 Kor. 2: 9-16

 

Tekst: Matteüs 13: 44                 

zingen                                               NGK Psalm 16: 1 en 5.

  1. Bewaar mij, Heer, mijn toeverlaat zijt Gij!

Ik zeg tot U: Gij zijt mijn God, mijn Here.

Ja, buiten U is er geen goed voor mij,

er is geen ander die ik wil vereren.

Mijn blijdschap is uw heilig volk op aarde:

hen acht ik hoog, hen houd ik steeds in waarde.

 

  1. Gij, die mijn ziel van dood en graf bevrijdt,

behoedt mij als uw gunstgenoot voor ’t sterven:

ik zal, door U op ’t levenspad geleid,

de vreugde van uw aangezicht beërven.

Voor immer zal uw rechterhand bevatten

een overvloed van kostelijke schatten.

 

Preek

 

zingen                           OTH 400: 1, 2, 3, 4.

  1. Wat zal de wereld mooi zijn op die dag,

als Jezus weer zal komen op de wolken.

Als al wat leeft, de natiën, de volken,

zich voor Hem zullen buigen, vol ontzag.

 

  1. Wat zal de wereld mooi zijn op die dag,

als God zijn tent zal opslaan bij de mensen,

als volken niet gescheiden meer door grenzen,

zich zullen scharen onder Christus’ vlag.

 

  1. Wat zal de wereld mooi zijn op die dag,

als heel de schepping zal gezuiverd wezen,

als d’ aarde zal vernieuwd zijn en genezen

van al ons kwaad, van heel ons wangedrag.

 

  1. Wat zal de wereld mooi zijn op die dag,

als God zijn volk mer heerlijkheid zal kronen

en in het nieuw Jeruzalem doet wonen,

wat zal de wereld mooi zijn op die dag.

Wat zal de wereld mooi zijn op die dag!

 

Geloofsbelijdenis

 

zingen                              NGK  Psalm 68: 8

  1. Geloofd zij God met diep ontzag,

Hij overlaadt ons dag aan dag

met al zijn gunstbewijzen.

Die God is onze zaligheid,

wie zou die hoogste Majesteit

dan niet met eerbied prijzen?

Die God is ons een God van heil:

Hij schenkt uit goedheid, zonder peil,

ons eeuwig zalig leven.

Hij kan en wil en zal in nood,

zelfs bij het naadren van de dood,

volkomen uitkomst geven.

 

Dankzegging en dankgebed.

 

Aandacht voor de collecte

 

zingen   Evangelische Liedbundel Gez. 413: 1, 2, 4.

  1. Lichtstad met uw paarlen poorten,
    Wond’re stad zo hoog gebouwd
    Nimmer heeft men op deez’ aarde,
    Ooit uw heerlijkheid aanschouwd.

 

Refrein: Daar zal ik mijn Heer ontmoeten,
Luist’ren naar zijn liefdestem.
Daar geen rouw meer en geen tranen
In het nieuw Jeruzalem.

 

  1. Heilig oord vol licht en glorie
    Waar de boom des levens bloeit
    En de stroom van levend water
    Door de gouden godsstad vloeit.

 

Refrein: Daar zal ik mijn Heer ontmoeten,
Luist’ren naar zijn liefdestem.
Daar geen rouw meer en geen tranen
In het nieuw Jeruzalem.

 

  1. Wat een vreugde zal dat wezen
    Straks vereend te zijn met Hem
    In die stad met paarlen poorten
    In het nieuw Jeruzalem.

 

Refrein: Daar zal ik mijn Heer ontmoeten,
Luist’ren naar zijn liefdestem.
Daar geen rouw meer en geen tranen
In het nieuw Jeruzalem.

 

zegen

amenlied:                    LvdK Lied 456: 3

  1. Amen, amen, amen!

Dat wij niet beschamen

Jezus Christus onze Heer, 

amen, God, uw naam ter eer!

 

 

 

 

 

 

LITURGIE

CGK/NGK Bussum-Huizen, 12 maart 2025, 19.30 uur

Biddag

welkom en mededelingen

 

zingen                             Uit aller mond 158 : 1, 2 en 3

  1. Van U zijn alle dingen,

van U, o God en Heer,

van U de zegeningen

die ’k biddende begeer.

Gij wilt mijn weg omringen

met liefde wijs en teer.

Wat wij ooit goeds ontvingen,

het is van U, o Heer.

 

  1. Nog voor wij U iets vragen,

voorkomt Gij ons gebed.

Gij hebt aleer wij klagen,

op onze nood gelet.

Gij helpt de last ons dragen,

Gij steunt bij elke tred,

zelfs bij de zwaarste plagen

zijt Gij de God die redt.

 

  1. Hoe kent Gij al mijn noden,

waarin Gij trouw voorziet.

Gij geeft geen steen voor broden,

een slang voor vissen niet!

Wie komt tot U gevloden,

wien Gij geen redding biedt?

Gij laat de zondaar noden,

nog eer hij tot U vliedt.

 

stil gebed, votum en groet

 

zingen                                               Uit aller mond 184

  1. De grote dag breekt weldra aan,

het einde van de tijd.

Weest nuchter hier in uw bestaan

en houdt in de gebeden aan

in hoge waakzaamheid.

 

  1. Van liefde zij uw hart vervuld,

een vuur, nooit uitgewoed.

Een liefde die verdraagt en duldt,

de zonden toedekt en de schuld

elkaar vergeven doet.

 

  1. Uw huis sta open, welgemeend;

betoont u steeds gastvrij.

Dient naar uw gave iedereen,

beheert wat God u heeft geleend,

genade velerlei.

 

 

  1. Laat als u spreekt uw woord steeds zijn

een echo van Gods stem

en laten diensten, groot en klein

een weerschijn van Gods daden zijn.

verricht in kracht van Hem.

 

  1. In alles zij God eer gebracht,

aan Hem de lof gewijd.

Hij schenkt in Christus u de kracht,

Hem zij de heerlijkheid, de macht

tot in al’ eeuwigheid.

 

gebed

 

schriftlezing                                        1 Timoteüs 2,1-8

 

zingen                                      Psalm 141 : 1, 2 en 3 NB

  1. U, Heer, roep ik, U geldt mijn smeken,

snel mij te hulp en hoor mij aan,

U roep ik, wil mij gadeslaan,

laat mij uw bijstand niet ontbreken.

 

  1. Laat, Heer, mijn gebed en mijn handen

geheven zijn, tot U gericht

als reukwerk voor uw aangezicht,

als offers die des avonds branden.

 

  1. Doe mij, Heer, te rechter tijd zwijgen,

laat mij niet spreken zonder grond,

bewaak de deuren van mijn mond,

laat niet mijn hart tot kwaad zich neigen.

 

verkondiging

 

zingen                                                     Psalm 95 : 3 NB

Komt, werpen wij ons voor de Heer
die ons gemaakt heeft biddend neer,
wij, die het volk zijn van zijn weide.
Want onze God, Hij gaat ons voor,
Hij trekt met ons de diepte door.
Zijn hand zal ons als schapen leiden.

 

gebeden

 

collecte (ZOA)

 

zingen                                                   Psalm 66 : 10 OB

God zij altoos op ’t hoogst geprezen.
Lof zij Gods goedertierenheid,
die nimmer mij heeft afgewezen
noch mijn gebed gehoor ontzeid.

 

zegen